De monocultuur van de conceptwoning?

Successie is het ecologische proces waarbij een merkbare verandering in de soortensamenstelling binnen een leefomgeving plaatsvindt. Na verloop van tijd ontwikkelt zich een stabiele leefgemeenschap. Naarmate de successie vordert wordt het systeem complexer. Een complexe leefomgeving is krachtig en in staat om zich te handhaven. Zo is het ook met onze eigen leefomgeving.

De landelijke overheid heeft met het Programma Woningbouw de ambitie om ruim 900.000 nieuwe woningen in Nederland te realiseren in de periode 2022 tot 2030. Twee van de drie nieuwe woningen moeten in de categorie ‘betaalbaar’ vallen.

Woning uit fabriek als oplossing?

De grote bouwers hebben de oplossing en laten van zich horen met krantenkoppen als ‘Woning uit fabriek kan wél oplossing woningnood zijn’. Natuurlijk is er niets tegen prefabricage en efficiënt en snel bouwen. Alleen gaan we mijns inziens spijt krijgen van typologisch heel veel van hetzelfde. Steeds meer grondgebonden ééngezinswoningen (het merendeel van de conceptwoningen) kan niet het antwoord zijn. Met de conceptwoning is niet alleen de productie gestandaardiseerd, waar niets op tegen is, maar ook het ontwerp is gestandaardiseerd. Met een gestandaardiseerd ontwerp reageer je niet op de lokale context, je faciliteert een uniform woningaanbod dat niet te rijmen is met de diversiteit in de woonwensen van nu en in de toekomst. Diversiteit en ruimtelijke kwaliteit kunnen samengaan met een rationalisatie van het bouwproces, maar daarvoor zijn uitvoerende bedrijven nodig die samenwerken met architecten en stedenbouwkundigen. Niet de architect inschakelen om alleen de gevel te ontwerpen en de conceptwoning langs welstand te krijgen!

“Technology is the answer, but what was the question” (Cedric Price, architect, 1934-2003).

Wonen is cultuur!

Wonen is veel meer dan techniek, het is ook een culturele daad.  Na WO-II hebben we in 1962 de 1 miljoenste naoorlogse woning gevierd, een periode van 17 jaar bouwen. Daarna in 1965 kwam het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening met veel centrale sturing op ruimtelijke kwaliteit. De woningbouw in Nederland was een voorbeeld waar men uit de hele wereld naar kwam kijken. Laten we in de komende 7 jaar geen monocultuur creëren met alle toekomstige problemen van dien!

Persoonlijk woon ik al 22 jaar in een zelf ontworpen drie-generatiewoning Vrijstaande woning Groene Velden | Van den Berg Architecten. Een verrijking van het wonen en het leven, waar natuurlijk een conceptwoning geen antwoord op is. Juist bijzondere woonwensen moeten onderdeel worden van de 900.000 nieuwe woningen, zo krijgen we een diverse en toekomstbestendige leefomgeving.

Inspiratie

Eind jaren tachtig was ik als Delftse architectuurstudent gefascineerd door het manifest ‘De dragers en de mensen’ van Habraken. Dit was de inspiratie om mee te doen aan een architectuurprijsvraag die ik samen met een medestudent won onder het motto Tabula Rasa. Een stapeling kubussen met stalen ribben die vele woningtypen konden opnemen en die veranderbaar waren in de toekomst. Dit werd ook ons afstudeerproject onder leiding van prof. ir. Moshé Zwarts (1937-2019), een humanistische architect die techniek koppelde aan cultuur. Het is mooi om te zien dat dit gedachtengoed opnieuw in de belangstelling staat met het manifesto openbuilding.co (2021), www.openbuilding.co

‘The building industry faces the task of drastically lowering its carbon and ecological footprint, by extending the lifespan of buildings, through adaptability.’

Een gedachte die ons kan helpen om echt toekomstbestendig te bouwen. Veranderbaarheid kan georganiseerd worden door heel goed na te denken over de niet veranderbare structuur. Hier kunnen bouwers samen met architecten echt samenwerken en tot gebouwen komen die gedifferentieerd zijn qua programma en goed zijn te plaatsen in verdichtingsopgaven.

Vaak is het argument van de makers van de conceptwoningen dat alleen zo er veel en snel gebouwd kan worden. Dit terwijl echte snelheidswinst in het proces vooraf is te behalen en ook hier ligt een taak voor de architect. Het proces vooraf met stedenbouwkundige en landschappelijke aspecten, afstemming met de overheid en de participatie met de buurt.

Maatwerk en snelheid

We hebben meerdere CPO projecten ontworpen samen met de toekomstige bewoners. Hier begonnen we met een leeg vel papier. Deze projecten hebben rijwoningen opgeleverd met een grote individuele diversiteit. De woningen varieerden van twee lagen, van drie lagen, smalle beuk en brede beuk, verschillende dieptematen, en ieder een eigen plattegrond afgestemd op de eigen wijze van wonen. Deze projecten hebben een voorbereidingsproces gehad van maximaal één jaar, binnen twee jaar na de eerste gesprekken waren de woningen gerealiseerd binnen een grote bandbreedte aan bouwkosten. Uit een vergelijking die we gemaakt hebben met de projectmatige woningen die in de verkoop waren in dezelfde wijk, bleek dat de CPO woningen een volledig marktconforme prijs hadden, maar wel met maatwerk.

Samen de ambitie realiseren

Hierbij de oproep aan de overheid om in plaats van alleen te sturen op productieaantallen per jaar, vooral ook visie en sturing te geven aan de nieuwe woonomgevingen. Passend in de rijke traditie van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

Hierbij de oproep aan woningcorporaties om woningen te benaderen als plannen die gezamenlijk ontwikkeld worden, in plaats van kant-en-klare producten die simpelweg worden ingekocht en zonder risico worden gerealiseerd. Laten we samenwerken om hoogwaardige woonplannen te creëren die decennialang kwalitatief wonen mogelijk maken.

Hierbij de oproep aan bouwers/conceptwoning producenten om vroeg in het proces samen te werken met architecten en stedenbouwkundigen. Om zo recht te doen aan de ruimtelijke en culturele kant van het bouwen.

Hierbij de oproep aan ontwikkelaars om te denken hoe nieuwe woningen kunnen bijdragen aan een toekomstige vraag en zo dus echt duurzaam zijn, in plaats van te denken in doelgroepen.

Hierbij een oproep aan stedenbouwkundigen en architecten om bouwtechniek, prefabricage, legolisering en open bouwen als onderdeel van hun vak te zien, en werkelijke interesse te tonen in het productieproces van de woningbouw.

Alleen techniek en standaardisering kunnen niet het antwoord zijn. Samen hebben we de verantwoording om de woningbouwambitie te laten slagen. Geen monocultuur, maar juist vernieuwing en differentiatie!

 

Lucien Hamerpagt

Architect

Wat kunnen we voor u betekenen?

Neem gerust contact met ons op